Hieronder een artikel van Wouter Slob uit het blad "Draver
en Volbloed" nr. 2 van september 1964.
Wanneer een klassieke koers naar iemand wordt genoemd of wanneer
ter herinnering aan iemand een ren of draverij wordt ingesteld,
dan moet de betrokken persoon toch wel een bijzondere rol gespeeld
hebben in het draf- of renwezen.
Zo had het inderdaad zin en betekenis, dat door middel van een belangrijke
draverij de herinnering aan een groot man Hendrik van Wickevoort
Crommelin voor het nageslacht behouden bleef. Goed, zal men
zeggen, die naam komen we elk jaar opnieuw in de koerskalender weer
tegen, maar daarom weten we nog niet wat die man voor zijn tijd
en het nageslacht heeft gedaan. Wat betekende hij eigenlijk voor
onze drafsport ? Een juiste vraag, waarop een helder antwoord past.
Boven: Hendrik van Wickevoort Crommelin,
groot fokker en eigenaar. Naar hem is de koers
vernoemd, die ook in de 21-ste eeuw nog
jaarlijks op de kalender staat.
Hendrik van Wickevoort Crommelin was een telg van een oud geslacht,
dat zijn zetel had in Heemstede. Zijn vader was Aarnoud Hendrik
en zijn oudste zoon heette naar zijn vader eveneens Aarnoud Hendrik.
Met z'n drieën hebben zij een belangrijke rol gespeeld in de
geschiedenis van onze paardenfokkerij.
De oudste generatie hield zich vooral bezig met het fokken
van volbloeds. Dat was omtrent het midden der negentiende eeuw,
toen voor het eerst naar Engels voorbeeld hier pogingen in het werk
gesteld werden om op gezette tijden op echte renbanen rennen en
draverijen te houden. Het is op niets uitgelopen, want de opzet
was volksvreemd". Het was te veel een klakkeloos navolgen
van wat men in Engeland al meer dan een eeuw deed. De draverijen
gingen echter op de oude voet meestal uitgeschreven door
herbergiers voort, ook zónder de medewerking der Heren".
De jongste generatie beleefde de ondergang van ons draf-en
rensportwezen, dat in het einde van de negentiende eeuw opgebloeid
was, doch in 1911 met het totalisatorverbod zodanig getroffen werd,
dat alleen het drafwezen zich met veel opofferingen en lijdende
aan bloedarmoede kon voortslepen. De rensport met de daaraan verbonden
volbloedfokkerij ging ten gronde.
De middelste generatie der Crommelins dus Hendrik
van Wickevoort Crommelin maakte eigenlijk alleen maar een
opgaande periode mee en in die opgaande periode was Hendrik van
Wickevoort Crommelin een zeer belangrijke figuur, vermoedelijk de
bekwaamste paardeman van alle drie. Hij was geboren in 1832 en gehuwd
met een verre nicht, Albertine Crommelin. Volgens een biograaf was
het een gezellig span" en ook een knap paar om te zien.
Hij had bakkebaarden en het gezicht van een Russisch grootvorst.
Hendrik heeft wilde haren" gehad, zoals zoveel paardemensen.
Sommigen houden die wilde haren trouwens heel lang! Hendrik woonde
op de buitenplaats Berkenrode" aan de Herenweg in Heemstede
(bestaat nóg). Hendriks leven ging als het ware schuil tussen
de koeien en de paarden. Hij liet zich door zijn koetsier niet rijden
maar zat zélf altijd op de bok en hield de leidsels. Zijn
dood was op het veld van eer", want in 1907 verongelukte
hij met een dogcart.
De Cruquius-hoeve
In de toen nog niet lang drooggelegde Haarlemmermeerpolder exploiteerde
hij de zo bekend geworden Cruquius-boerderij", welke
thans op het punt staat geheel te verdwijnen. Onder hem werd de
Cruquius-hoeve een model-boerderij. Dat is in de negentiger jaren
geweest en hij maakte er een uitstekend vee-bedrijf van met een
t.b.c.-vrije melkstal. Voor de paarden liet hij 20 ruime boxen bouwen
en 12 vakken, een tuigenkamer en een eigen smidse, waar bekende
hoefsmeden van elders zijn paarden moesten beslaan. In losse gebouwen
op het ruime erf konden nóg eens 20 paarden gestald worden.
Boven: Een gedeelte van de gebouwen der Cruquius-boerderij,
gebouwd door de heer H. v. Wickevoort Crommelin.
Geheel links de hengstenstal voor de dekhengsten,
daarnaast (rechts) en er aan vastgebouwd de model-melkstal.
Rechts de ronde Amerikaanse koestal en geheel rechts nog
juist zichtbaar een deel van de grote schuur, waarin plaats
voor wagens, hengsten, fokmerries, tuigen, fourage, smidse.
Gebouwd in de 90er jaren van de 19e eeuw. De deuren geverfd
in de kleuren
van Stal Crommelin: blauw-wit
(tevens de kleuren der
gemeente Haarlemmermeer).
Paardenfokker
Vanaf eind jaren tachtig begon de roem van de Cruquius-boerderij
als stoeterij van edele en snelle paarden. Want de wereld vroeg
in die jaren snelle wegpaarden. Een bekende hengst uit de beginjaren
was Brillant, een Clevelander hengst (volgens anderen een Yorkshire-hengst).
Maar in elk geval een paard om goede dravende paarden van te fokken.
Toen Brillant verdween, kwam een Engelse volbloedhengst Hautboy,
die bij de Brillant-kinderen uitstekende afstammelingen verwekte.
Helaas had Hautboy een slecht humeur, dat... overerfde in vele gevallen.
Zelf was de hengst cornard, maar dat bleek niet over te erven. Een
tweede volbloedhengst, welke ter dekking stond, heette George, afkomstig
(als veulen) van de stoetenij van de Koning van Hannover (vermoedelijk
de tegenwoordige Staats-stoeterij Celle).
Crommelin ging elk jaar naar Engeland om daar de keuringen bij te
wonen en op een van die reizen kocht hij het veulen dat hij Pullaway
zou noemen. Het was een hackney, die zich zeer gunstig ontwikkelde
en op de internationale tentoonstelling in Amsterdam in 1884 een
eerste prijs kreeg in de vreemde afdeling". Spoedig zou
deze jonge hengst de plaats gaan innemen van Hautboy.
Pullaway
Boven: Pullaway geb. 1876 (Hackney).
voshengst v. Fireaway II u. Norfolk merrie.
Hij wordt door getoond door
Hendrik van Wickevoort Crommelin.
Pullaway luidde een nieuw en glorieus tijdperk in. Hij was geboren
in 1876 in Enfield en kwam in ons land juist toen de langebaan-draverijen
in opkomst waren. Pullaway heeft voor die langebaan-draverijen de
meeste en de beste dravers geleverd. Men moet namelijk bedenken,
dat al enkele eeuwen lang in ons land weliswaar veel geharddraafd
was, maar altijd over korte afstanden. De goede dravers in ons land
hadden dan ook voor de grotere afstanden onvoldoende uithoudingsvermogen
en snelheid. De vader van Pullaway was jarenlang kampioen-hackney
van Engeland geweest. Dus een typisch tuigpaard, maar mét
een grote snelheid in draf.
Pullaway kon zélf ook best draven. Dat bleek onder andere
in 1883 toen hij in Bennebroek en een jaar later in De Meer een
kortebaandraverij won. Later werd hij echter uisluitend voor de
fokkerij gebruikt. Behalve snelheid bezaten bijna alle afstammelingen
van Pullaway een mooi model, beste benen en veel actie, zodat ze
voor de handel zeer gezocht waren. Crommelin heeft menige afstammeling
voor veel geld kunnen verkopen en heeft grote bedragen met de kinderen
op de banen gewonnen.
In 1898 had hij in totaal met de Pullaway-afstammelingen reeds f
33.000 aan geldprijzen in de wacht gesleept. En dat in die tijd,
toen een borreltje maar vijf cent kostte . . . !
Amerikaanse bloedlijnen
Nu had Crommelin die successen niet alleen aan de beste eigenschappen
van de hengst te danken, maar ook aan die van zijn merries. Hij
had namelijk als een van de eersten hier te lande ingezien, dat
de Amerikaanse draverfokkerij op hoog peil stond. Hij voerde Jessie
in, een Amerikaanse merrie, die in Engeland zeer snel gedraafd moet
hebben en die hem nog een serie uitstekende kinderen schonk van
Pullaway.
Jessie
Boven: Jessie geb. 188? (USA).
br.m. v. Hambletonian 10 u. onbekende merrie.
In 1888 geïmporteerd door H. v. Wickevoort Crommelin.
Ze bracht hier van 1889 t/m 1904 een tiental veulens, waaronder
de goede Excelsior, Oranje Boven, Phillis, Axtell, Heliograaf,
Ira C
en Kwikstaart, die allen tussen 1.500 en 8.750 gulden aan
prijzengeld wonnen. Haar op de foto staande veulen Blue Bell
bracht er niet veel van terecht en won slechts 25 gulden.
Boven: Alruna geb. 1887 (USA), rec. 1.39
br.m. v. Lord Russel u. Alga v. Princeps.
Alruna was na het overlijden van de Hertog van Marlborough
in 1893 aangekocht door H. van Wickevoort Crommelin.
Zij was een goed koerspaard dat overwinningen behaalde
op de Cruquiusbaan, Clingendaal en te Bussum.
Zij werd moeder van 14 dravers, waaronder de beroemde
Goudster, zie de Hall of Fame op deze website (onder Museum).
Zij was de beste fokmerrie uit die tijd.
Op de sulky zit Aarnoud van Wickevoort Crommelin.
N.N.
Een ander bijzonder goed paard is de geschiedenis ingegaan zonder
naam! Het werd ingeschreven als N.N." en bleef zo heten.
Maar het was een kind van Pullaway uit een Hautboy-merrie (zie boven).
Het paard werd geboren in 1884 en stond 5 jaar later al boven aan
de lijst van de winnende paarden. Einde 1898 had het alles bij elkaar
ruim f 11.000 voor zijn baas verdiend, meer dan ooit door een in
Nederland gefokt paard was gewonnen! Omtrent de eeuwwisseling werd
NN gebruikt als schoolmeester" om jonge paarden te leren
harddraven.
Bij de dood van Pullaway
En dan komt het einde van de beroemde hengst Pullaway. Op 20 augustus
1898 stond een dik-zwart-omrand bericht in het toenmaals leiding-gevende
paardenblad ,,Hippos", dat de Norfolkhengst Pullaway in de
ouderdom van 22 jaar als gevolg van een hartverlamming was gestorven.
In dit doodsbericht werd, naast veel ander goeds, ook gezegd, dat
een der grote eigenschappen van de voshengst was, dat hij zo braaf
was en zulk een mooi temperament had, twee eigenschappen, waardoor
hij bij merries van de meest uiteenlopende soort toch nog goede
veulens gaf.
In de noordmuur van de grote schuur op de Cruquius-boerderij werd
toen een herinnerings-steen ingemetseld met de simpele tekst:
TER HERINNERING AAN
- PULLAWAY -
1876 - 1898
|
Allouez
Een andere belangrijke aankoop was de fraaie, bruine Amerikaanse
dravershengst Allouez (niet te verwarren met de latere kortebaner,
Red.). Geheel anders van exterieur dan Pullaway. Allouez was
een paard met een klassieke schone lijn, zou men kunnen zeggen.
Hij voerde zowel van vaders als van moeders kant Hambletonian 10,
de grondlegger van de Amerikaanse trotter. Crommelin was een overtuigd
voorstander van de Amerikaanse harddraver. Hij heeft gelijk gekregen,
want met dat bloed vooral werden onze langebaan-dravers gefokt.
Niet met de Russische en niet met de Franse dravers uit die dagen.
In 1898 was het merendeel der voor de draverij aangegeven paarden
reeds Amerikaans.
Pikeur Jan Koster
Foto boven: Jan Koster, zeer bekwaam pikeur van
harddravers om de eeuwwisseling. Reed o.a. vele jaren
voor de heer H. van Wickevoort Crommelin de paarden
van de Cruquius-boerderij (blauw-witte kleuren).
Derby-fokker
Voor zover ik heb kunnen nagaan heeft stal Crommelin
vrijwel alle Derby's *) (althans tot 1898) kunnen winnen! Hij fokte
speciaal voor de Derby's" zoals Hippos" toen
schreef. Van 1888 tot 1898 heeft Stal Crommelin aan de top van de
winnende stallen gestaan. Slechts uitgezonderd het jaar 1891 toen
W. A. Ockhorst uit Rotterdam die plaats bezette.
*) Hiermee worden bedoeld de Sweepstakes, waarvan de eerste in
1886 werd gehouden (Red.).
Aarnoud Hendrik van Wickevoort Crommelin
Foto boven: Aarnoud Hendrik van Wickevoort Crommelin,
de laatste der drie „paarden-Crommelins", groot fokker
op de Cruquius-boerderij in de Haarlemmermeer-polder.
De derde generatie
Later, toen de oudste zoon Aarnoud Hendrik zich begon te weren,
kreeg Koster zijn congé en ging de derde generatie der paarden-Crommelins
de dravers thuis trainen en op de baan rijden.
De successen, welke deze laatste der Crommelins kon behalen, zowel
in de fokkerij als in de sport, heeft hij zeker mede te danken aan
de grondslagen, welke door zijn vader Hendrik werden gelegd. En
hiermede hoop ik dan de belangrijkheid van de figuur van Hendrik
van Wickevoort Crommelin voldoende te hebben belicht.
N.B. Mogen we verwachten, dat de Stichting Nederlandse Draf- en
Rensport tijdig zorgt voor het behoud van de gedenksteen van Pullaway
in de noordermuur van de op afbreken staande Cruquius-boerderij?
(auteur Wouter Slob in 1964)
Foto boven: Aarnoud Hendrik van Wickevoort Crommelin
op de bok met een prachtig span bonte paarden.
Boven: Oranje Boven geb. 1891 op de Cruquius boerderij.
br. hengst v. Pullaway u. Jessie (USA, zie imports)
Op de sulky zit Aarnoud van Wickevoort Crommelin
in de blauw-witte kleuren van de stal.
Als 3-jarige was hij tweede in de Sweepstakes en
als 4-jarige won hij te Bussum, Clingendaal en Nijmegen.
Totale winsom 1.500 gld.
Op de Fotopagina van de "antieke" dravers staan nog veel
meer foto's van Aarnoud van Wickevoort Crommelin.
Click hier
|